ken jij een ‘vergeten’ kind?

Vorige week was het de ‘week van het vergeten kind’. Tijdens die week vraagt de stichting onder andere extra aandacht voor de situatie van de kinderen in sobere Nederlandse opvangcentra.

Het is goed dat zo’n stichting stil staat bij de situatie van helaas veel kinderen in ons eigen ‘rijke’ land. Voordat ik met jeugdzorg in aanraking kwam, had ik geen besef hoeveel kinderen in Nederland moeten opgroeien in opvangcentra. Lang niet altijd door eigen schuld of gedrag. En hoe goed de groepsleiding het ook probeert om het gezellig te maken, het is geen thuis.

Ik ben de afgelopen jaren in veel centra geweest waar één van onze pleegzonen tijdelijk woonde. Ik ben er geen één tegengekomen waarvan ik dacht; wat gezellig, warm, huiselijk. Een jongere moet zijn frustratie  soms kwijt, middels ‘harde of schunnige teksten’ op de muur van een WC. Door het gedrag van een jongere wordt er vaak iets kapot gemaakt. Daarom zijn de huizen vaak sober ingericht en oogt het kil, om maar te zwijgen over de slaapkamers.  “Zou het de kinderen ook extra somber, kil, maken?”, dacht ik vaak, als ik mijn pleegzoon weer terug had gebracht na een gezellig weekend thuis.

Iedereen kent, denk ik, in zijn of haar omgeving wel een kind wat somber oogt. Misschien op de school van je kind. In je buurt. Via je werk. Kinderen waar het thuis niet goed gaat. Kinderen die thuis ‘vergeten’ worden. Kinderen die jij en ik misschien kunnen helpen. Ik kwam vorige week deze tekst tegen;

Binnen de traditie die gebaseerd is op de ideeën van Yogi Bhajan bestaat er een duidelijk idee tot welke leeftijd je als ouder invloed hebt op je kinderen. Tot het zevende levensjaar is volgens hem de rol van de ouders erg belangrijk. Zij kunnen de basisveiligheid, structuur en gewoonten aanreiken. Vanaf het zevende levensjaar keert de blik van het kind naar buiten en verruimt het bewustzijn zich. Vriendjes worden belangrijker. Vanaf elf zit de taak van de ouders er nog niet helemaal op, maar wordt de mogelijkheid tot beïnvloeden en bijsturen wel steeds minimaler. Een kind kan op deze leeftijd daarom veel baat hebben bij een mentor in zijn of haar leven. Iedere volwassene kan zelf ook deze rol van mentor voor een kind vervullen. Je bent vertrouwenspersoon, praat met een kind en stimuleer het kind.’ 

Ik geloof ook dat veel kinderen nog ‘gered’ kunnen worden, juist door ze aandacht en veiligheid te geven. Mocht jij zo’n ‘vergeten’ kind in jouw omgeving kennen. Geef het kind aandacht. Wordt buddy voor een gezin wat extra hulp kan gebruiken. Wordt pleegouder.

Dank je wel namens veel vergeten kinderen in Nederland.

 

Goud

jongste pleegzoon 2005

Vaak schrijf ik een blog als ik verdrietig ben of mij zorgen maak om één van de pleegzonen. Maar als het een periode goed gaat, ze lekker in hun vel zitten, is dat juist ook een reden om een stukje te schrijven. Om lezers mee te geven, dat er gelukkig ook hele mooie momenten zitten aan het pleegouderschap.

Zoals de afgelopen maanden. Onze oudste pleegzoon sluit het jaar mooi af. Hij zei het zelf laatst ook: ‘Het voelt of het na een paar jaar aanrommelen, nu allemaal een beetje op zijn plaats valt.” “Ik weet wat ik wil en kan.” Hij heeft zelf voor nieuwe woonruimte gezorgd. Heeft een baan en heeft het aanbod gehad om via een betaalde opleiding zich verder te ontwikkelen in dat vak. Hij heeft samen met zijn bewindvoerder een verzoek ingediend bij de rechtbank om zelf zijn financiën weer te gaan beheren.

Wat ben ik dan trots op hem als ik hem vorige week zie op zijn verjaardag. Hij verteld het allemaal heel nuchter, met gelukkig ook veel humor over hoe hij het zelf allemaal vindt gaan. Maar wat ben ik trots op hem en wat denk ik dan vaak aan al die hulpverleners die in het verleden zoveel twijfel hadden over zijn toekomst, zijn mogelijkheden. Maar met vallen en opstaan en er altijd via de zijlijn voor hem te blijven, is hij geworden wie hij nu is. Goud!

Onze jongste pleegzoon had een heftig begin van het jaar, avonturen die uiteindelijk eindigde in de gevangenis omdat hij nog een taakstraf had openstaan. Die twee weken waren een wijze les voor hem. Sindsdien lijkt hij het ‘licht gezien te hebben.’ Ook heeft hij het geluk gehad dat er een groepsleidster was, die in hem is blijven geloven. Zij is in het noorden van het land een nieuwe hulpvorm gestart en zij gunde hem een soort ‘laatste kans’. Hij is weg uit de omgeving van verleidingen en foute vrienden. Hij woont er nu een half jaar en het gaat goed. Hij werkt, heeft een vriendin, en zit weer op voetballen.

Een heerlijke nuchtere leiding, waar wij ons wel in herkennen met onze Achterhoekse roots. ‘Niet lullen, maar poetsen’ en ‘afspraak is afspraak’. Dat heeft hij nodig en dat krijgt hij nu gelukkig na een lange zoektocht. Onze zorgen over zijn toekomst blijven er. Hoe zijn leven is verlopen wens je je ergste vijand nog niet toe. Maar anderzijds heb ik zoveel respect voor hoe hij in het leven staat. Hoop ik dat hij het volhoudt, om na elke ‘val’, weer op te krabbelen. Wij zullen hem in ieder geval altijd blijven opvangen als hij valt. Hij verdient goud!

Er is ook weer contact via de mail met een andere jongen uit de tijd van het gezinshuis. In het nieuwe jaar hoop ik hem ook weer eens te ontmoeten. Die jaren in het gezinshuis, waren jaren met een gouden randje.

2018 zal ons vast weer mooie, nieuwe, avonturen brengen wat betreft het pleegouderschap met ook een nieuw weekendpleegkind.

Daarnaast blijf ik ze volgen, onze jongens, met bewondering!

 

Alicia

Alicia. Na afgelopen woensdag hebben veel mensen met haar kennis kunnen maken.  Ze stond centraal in een uitzending van 2doc. Ik heb het in delen gekeken. Hoe haar leven verloopt is deels te vergelijken met onze jongste pleegzoon en ik vond het daarom extra pijnlijk en confronterend om te zien. Maar ook knap hoe haar leven in beeld is gebracht. Haar wanhoop. Haar zoektocht. Haar verdriet. Haar boosheid.

In het begin stelt ze zich nog open voor haar groepsleiding, haar voogd. Kan ze zich laten troosten als ze zo intens verdrietig voor het slapen gaan zegt: “Ik ben niet speciaal, ik ben gewoon.” Uit ze haar gedachten naar de leiding; “Ik zit ergens op te wachten, maar weet eigenlijk niet waarop.” Is ze scherp na het overlijden van haar konijn; “Je hoort hem niet te vergeten!”, waar ze volgens mij doelt op haar moeder.

Je ziet de groepsleiding hun stinkende best doen in de documentaire, maar in een groep blijf je de wisseling van groepsleiders houden. Daarnaast zijn er meer kinderen zoals Alicia, dus er is niet altijd tijd. Tijd voor een gesprek. Een knuffel. Aandacht. Iets wat elk kind op z’n tijd kan gebruiken. Het gevoel dat je er mag zijn. Dat je gewoon bent. Je kind mag zijn.

Je ziet haar onrust en stress als haar moeder op bezoek komt. De onvoorwaardelijke liefde die ze lang houdt voor haar moeder. Een moeder die zelf een moeilijke jeugd heeft gehad en afspraken lang niet altijd na komt.

Ze verhard zie je in loop van de jaren. De kinderlijke onschuld is snel weg en haar ogen stralen steeds minder vaak. Ze krijgt medicijnen voor haar angsten. Niet verwonderlijk als groepsleiding tegen je zegt: “Wij weten het ook even niet meer”. Of je moeder die zegt: “je kunt beter hier zitten, dan waar ik vroeger gesloten zat.”

Elke dag die prikkels, drukte, hectiek op een groep.

Elke verhuizing  ‘je leven’ uit grote blauwe vuilniszakken uitpakken. Elke keer weer je plek veroveren in een nieuwe groep.

Altijd die hoop dat je weer thuis mag gaan wonen. Steeds extremer gedrag, zoals het opeten van een stuk papier tijdens een gesprek, omdat diep in je, die grote angst zit, dat mensen tegen je gaan zeggen dat je nooit meer bij je moeder kan gaan wonen.

Als die boodschap Alicia wordt medegedeeld, gaat het snel slechter met haar en wordt ze uiteindelijk opgesloten in één van de zwaarst gesloten zorginstellingen voor kinderen in Nederland.

Ik denk de afgelopen dagen vaak; wat als haar pleegvader niet was overleden? Wat als ze toen weer in een ander pleeggezin was geplaatst? Hoe was haar jonge leven dan verlopen?

Op internet werd emotioneel gereageerd op deze documentaire. Dit dertienjarige meisje maakt veel los bij iedereen. Begrijpelijk. Weet je, wat ik buiten een beter leven voor Alica hoop? Dat mensen die roepen op internet dat zij haar wel willen opvangen, zich gaan aanmelden als pleegouders.

Want dat is wat veel kinderen nodig hebben. Een thuis. Een gezin waar ze in alle rust kunnen opgroeien. Waar ze gewoon kind kunnen zijn. Daar is het voor Alicia helaas te laat voor….