wees wie je bent

Stapje voor stapje krijg ik weer zin om onder de mensen te komen. Vandaar dat ik mij nu vaker aanmeld om mee te helpen in de kleuterklas van mijn dochter. Kinderen zijn het beste medicijn. Zo ook deze woensdagochtend. Het nieuwe thema op school is ‘kriebel diertjes’. We gaan naar een bos, waar we uitleg gaan krijgen waar en hoe we ze kunnen vinden.

We rijden met meerdere auto’s. De juf maakt de verdeling in de klas. In alle chaos door het enthousiasme van de kinderen, valt hij mij ineens op. Een jongetje van een jaar of acht, zeker geen kleuter meer. Hij staat bij de deur en staart naar de grond. Iedereen heeft een plek, totdat een van de kleuters zijn naam noemt. Blijkbaar gaat hij ook mee. Mijn dochter vertelt mij hoe hij heet en dat hij hun helpt in de klas en soms ook mee mag spelen.

De juf vraagt of hij in mijn auto mee mag rijden. Geen probleem. Verlegen loopt hij met ons groepje mee naar de auto. Ik vraag hoe hij heet. Hij kijkt mij niet aan, blijft naar de grond staren en mompelt zijn naam. We stappen in, hij glundert iets, als ik zeg dat hij voorin mag zitten. “Ik kan al zelf mijn gordel dicht doen”, zegt hij een paar keer trots, zonder mij aan te kijken.

We rijden weg. Mijn dochter klets honderduit met haar vriendinnetjes op de achterbank. Hij is stil. Bekijkt wat er allemaal in de auto ligt en kijkt met een schuin oog naar mij. “Ik heet Erma”, zeg ik. “Lijkt mij wel handig dat je mijn naam ook weet”. Even is het stil en dan kijkt hij mij voor het eerst in de ogen. Zijn ogen staan triest, stralen niet. “Jouw naam lijkt op die van de juf”, zegt hij dan.

We rijden langs het ziekenhuis. Opeens begint hij hard te praten, struikelt bijna over zijn eigen woorden. Hij vertelt dat zijn broertje al heel vaak in het ziekenhuis heeft gelegen. Wel acht keer. Dat hij een gat in zijn hoofd kreeg en heel veel bloed overal had. Dat zijn mama veel moest huilen.

Dit is een jongetje wie veel heeft meegemaakt. Te veel voor zijn leeftijd. Het moment dat ik hem aankeek, voelde ik het. Hij vertelt dat hij net verhuist is, een dorp verderop. Vier dagen geleden. Morgen moeten ze hun oude huis opruimen. Dat huis is helemaal kapot, zegt hij.

In het bos aangekomen blijft hij in mijn buurt. Na de uitleg mogen we zelf op pad. Emmer mee, met een vergrootglas, schepje, etc. Hij loopt wat achteraan in ons groepje, schopt tegen van alles wat hij tegenkomt. Maar als een van de kleuters een pissebed heeft gevonden, komt hij er snel bijstaan en is net zo enthousiast. We vinden van alles in het bos. Heerlijk vind ik het, om door de ogen van de kinderen de natuur weer te bewonderen. Hij blijft nu vaak mijn naam roepen, wil aandacht. Wordt ook een keer boos als ik zeg dat ik nu niet even naar zijn ‘schat’ kan komen kijken.

Tijdens de pauze om wat te drinken, vraagt de juf hoe hij zich gedraagt in ons groepje. Van haar begrijp ik, dat de school zoekende is, wat voor hem het beste onderwijs is. Hij trekt het niet in zijn eigen groep. Tussen de kleuters is hij in zijn element. Veel ellende privé ook meegemaakt. Ik zie dat hij alleen staat. Ik vraag of hij een stuk van mijn banaan wil. Dat wil hij wel.

Na de pauze zijn de kleuters in mijn groepje snel afgeleid, als ze een hoge heuvel tegenkomen in het bos. Hier blijven ze op- en afklimmen. Ik ga op een boomstronk zitten. Hij rommelt wat door de bladeren en komt uiteindelijk naast mij zitten. “Ben je blij”? Vraagt hij opeens. Hij overvalt mij deels door zijn vraag, maar ik besluit eerlijk te antwoorden. Ik vertel hem, dat ik al een tijd ziek thuis ben en dat ik daar soms wel verdrietig om ben. Hij vraagt niet verder, maar zegt dat hij soms ook verdrietig is. Dat hij het stom vindt dat hij niet in zijn eigen groep zit. Dat hij verhuist is. Dat hij met veel mensen moet praten. Dan zegt hij een zin, die mij raakt; “ik vind mij goed zoals ik ben”.

Al maanden kom ik mijzelf soms onwijs tegen. Worstel ik met gevoelens en gedachten. Dit jongetje beseft niet, hoe hij mij raakt met deze zin. Want wie je ook bent, met welke achtergrond dan ook, met welk moeilijk gedrag op z’n tijd dan ook, je mag er zijn. Ik hoop zo dat hij een juiste school krijgt, waar hij thuis hoort. Privé wat meer geluk. Maar bovenal dat hij dit zelfvertrouwen houdt. Wees wie je bent. Dat is alles.

De kracht van het nu

¨Hoe gaat het met je?¨

Misschien vraag je je het af?
Durf je het niet meer te vragen.
Vraag je het mij op z´n tijd gelukkig nog wel.

Ik vond het weer tijd voor een nieuw blog. Ik heb nu ook weer de energie om een stukje te schrijven. Ik schrijf dit ook uit eigen belang, omdat ik merk dat het soms dagen/weken erg stil blijft. Bijna niemand vraagt hoe het met mij gaat. Ik besef dat mensen, nu ik ruim een half jaar thuis zit, misschien wel verwachten dat het toch een keer beter met mij moet gaan.

Ik ga vooruit. Ik werk daar hard aan. Maar helaas word ik soms ook keihard teruggefloten. Door mijn lijf of mijn geest. Met de jaarwisseling en de eerste weken van het nieuwe jaar, heb ik weer een flinke dip gehad. Dit blijf ik ook erg confronterend vinden; zoveel verdriet, machteloosheid. Jezelf zó tegenkomen. Deels was deze terugval ook wel te verklaren door de eindejaars blues. Mensen die lieve kaarten en berichtjes sturen dat 2016 mijn jaar gaat worden, dat alles weer goed komt. Terwijl ik op dat moment dat amper kon geloven. Daarnaast lag mijn moeder eind vorig jaar een aantal weken in het ziekenhuis. Ik wilde enerzijds zo graag naar mijn ouders toe, maar had op dat moment écht genoeg aan mijzelf, kon er niks bij hebben. Dat vreet aan je, doet letterlijk pijn en geeft veel verdriet.

In zo´n dip komt er vaak hulp uit onverwachte hoek. Deze keer had ik midden januari een fijn gesprek met mijn oude buurman uit Amersfoort. Hij heeft deels hetzelfde meegemaakt als ik. Om met iemand te praten, die begrijpt hoe ik mij soms voel, is héél fijn. In dat gesprek gaf hij mij onbewust handvaten om uiteindelijk weer uit die dip te kunnen komen;
– Vecht er niet meer tegen Erma. Accepteer dat dit nu bij je hoort in deze fase van je leven. Dit ben je nu.
– Hij had veel gehad aan het boek; De kracht van het nu, van Eckhart Tolle.

Vechten hoort zo bij mijn karakter. Hup, schouders eronder en doorgaan! Aanpakken! Niet lullen, maar poetsen! De afgelopen jaren heb ik alle stress, angsten in mijn leven, op deze manier aangepakt. Dat is in een half jaar niet opgelost. Dat is deels verandering van gedrag en dat is moeilijk, heeft tijd nodig. Die ´kwetsbare Erma´ blijf ik ook lastig vinden om toe te laten, te laten zien. Maar ik doe het steeds meer. Vandaar ook weer een blog.

Omdat ik weet dat ik niet de enige ben. We ons allemaal wel eens stoerder voordoen dan we zijn. We vaak alleen de leuke dingen delen met de buitenwereld en de verdrietige en kwetsbare kanten voor onszelf houden. We soms onnodig met zaken blijven worstelen. Delen is helen.

Ik probeer ook meer te leven in het NU. Per dag te bekijken wat ik kan. Hoe ik mij voel. Niet te ver vooruit kijken en dingen plannen. Te genieten van het nu. Gelukkig kan ik dat ook en deel ik die momenten ook graag via bijvoorbeel facebook. Want het normale leven, met verjaardagen, feestjes en een vriendenweekend, gaan, ondanks alles, ook gewoon door. Gelukkig kan ik daar vaak wel van genieten, maar nog niet op die manier die ik graag zou willen. Maar dat kom wel weer, dat vertrouwen heb ik.

Door meer in het NU te leven, maak ik stapjes vooruit de laatste weken. Misschien kan je het niet begrijpen, maar de eerste keer dat ik sinds maanden weer ontspannen een bak koffie in een restaurant kon drinken met mijn man, voelde zo fijn. Ik kon wel janken. Ik had geen last van ´prikkels´ om mij heen, geen angst, geen ademnood. Alleen fietsen naar de stad. Een vriendin opzoeken die een dorp verder woont. Naar de kapper. Voor jou hopelijk heel gewoon, voor mij zeer speciaal sinds lange tijd.

Ik kom er wel. Ik ga weer spontaan een keer naar mijn familie in het oosten. Ik kom weer naar mijn werk. Ik ga weer naar mijn vrienden die door het hele land wonen. Ik ga weer genieten van een diner in een restaurant of een fijne voorstelling in het theater. Ik weet alleen niet wanneer. Ik vecht niet meer tegen die ´tijdsdruk´. Ik laat het nu écht los. Ik merk de laatste weken dat dat echt werkt in mijn herstel.

Ik leef in het nu. Dat is de kracht van mij op dit moment.

Het einde is in zicht

Het einde van 2015 komt dichterbij. Een jaar die ik anders ga eindigen dan ik ben begonnen. Ziek thuis. Ik ben op de goede weg, maar realiseer mij ook, dat ik er nog lang niet ben. Het tijd nodig heeft.

Ik schreef er al eerder over, veel mensen worstelen met ´de drukke tijd waarin we leven.´ We moeten zoveel van onszelf. Een constante onrust. Hoe vreemd het misschien ook klinkt, maar dat gaf mij vertrouwen. Dat ik niet ´gek´ ben. Ik niet de enige ben en dat ik mij er uiteindelijk ook bij neer kon leggen, dat het zo niet verder kon. Ik het ´gevecht´ aan durfde te gaan. Want een gevecht blijft het. Met bloed, zweet en tranen, veel tranen.

Ik ben het traject aangegaan zonder medicatie. Geen rationele aanpak, maar een emotionele achtbaan voor mij. Maar laat een ieder het vooral op zijn/haar manier aanpakken die hiermee te dealen heeft. Er is geen goed of fout in deze.

Wat mij op de goede weg heeft geholpen is EMDR , in de aanpak voor mijn angst/onrust. Daarnaast heb ik behandelingen gevolgd in de yogastudio om dichter bij mijn gevoel en emoties te kunnen komen. Klinkt misschien zweverig, maar het is een bijzonder iets. Ik, als nuchtere Achterhoekse, lag te huilen op die tafel, kon daar letterlijk loslaten en accepteren dat ´het is zoals het is´. Je leest hier meer over tactiel stimulatie. Als laatste gebruik ik magnesium in olie vorm. Het maakt mij rustiger en ik slaap beter. Misschien heb jij er wat aan als je dit leest.

Het beste medicijn zijn toch wel mijn man en kind. Mijn man, die door zijn humor en nuchtere kijk op het leven, mij altijd weer kan opvrolijken en zaken kan relativeren. Begrip heeft, ondanks dat hij niet weet hoe ik mij soms voel, maar er gewoon is. Mijn dochter van vier, wie mij wijze lessen geeft. Wij als volwassenen zouden toch meer moeten leven zoals onze kinderen. Leven bij de dag. Genieten van de simpelste, kleine dingen. Het hardop uitspreken als je ziet dat iemand verdrietig is. Knuffelen midden op straat, dansen in de regenplassen. Zeggen wat je denkt, wat je ziet.

Het einde van het jaar is in zicht. Ik zou graag een boodschap willen meegeven voor het nieuwe jaar. Laten we er meer zijn voor elkaar in het nieuwe jaar. Er écht zijn. Dat kan niet altijd fysiek, maar je kan ook een kaartje sturen naar iemand waarvan je weet dat die het moeilijk heeft, op welk vlak dan ook. Of nog makkelijker, een berichtje via de telefoon. ¨Ik denk aan je¨. Vier simpele woorden, maar voor mij zijn ze goud waard op mindere dagen. Er is altijd wel een familielid, vriend, buurvrouw, collega in je naaste omgeving, wie een luisterend oor of een helpende hand kan gebruiken.

Het lijkt allemaal zo cliché deze woorden, zeker in de decembermaand, maar ik geloof dat we het allemaal wel kunnen gebruiken. Daarom proost ik er vast op; op een mooi nieuw jaar, waarin we nog meer gaan genieten van elkaar. Van de mensen die dicht om je heen staan. Sta af en toe eens stil. Voel, ruik, proef, luister. Wees lief voor jezelf, maar ook voor een ander. Glimlach naar een ander of geef een helpende hand. Er gewoon zijn. Geef elkaar vaker een knuffel, raak elkaar aan, heb lief. Proost!