Vive la France

“Ça va”? Zo begin ik meestal het gesprek met hem als we bellen. We proberen één keer per week even contact met elkaar te hebben. Hij zit nu bijna een jaar in Frankrijk Momenteel bij een Engels gezin, mede door zijn hechtingsproblemen heeft hij ook daar al op verschillende plekken gewoond.

Maar wat doet het wonen in ’the middle of nowhere’ hem goed. Het opgroeien in een gezin. Wat is hij veranderd van een geinstitutionaliseerd kind in een jongen zoals wij hem leerden kennen, toen hij ruim dertien jaar geleden in ons leven kwam. Vrolijk, gedreven, enthousiast, lief. Dol op spelletjes doen, werken in en rond het huis. Grappen uithalen. Lekker eten.

Voordat hij naar Frankrijk vertrok, vond ik de weekenden dat hij langs kwam vaak moeizaam verlopen. Hij verzorgde zichzelf toen slecht. Was in zichzelf gekeerd. Zat het liefst de hele dag met z’n capuchon op te gamen.

Wat een verademing toen hij hij de laatste keer bij ons was. Hij rook weer lekker. Trots op zijn kapsel, met zorg in model gebracht met gel. Vertelde de ene ‘joke’ na de andere. Lange avonden met spelletjes, chips en een biertje. Veel lachen, écht aanwezig zijn in ons gezin. Zo fijn.

In Frankrijk is hij veel aan het werk in en rond het huis van het pleeggezin. Hij doet klusjes, laat de honden uit. Hij volgt Franse les. Zit op de plaatselijke voetbalclub, met allemaal bejaarden volgens hem, maar is bloed fanatiek. Hij is gestopt met roken en heeft een racefiets bij elkaar gespaard en fiets veel door het mooie Franse landschap. Hij heeft bijna alle Harry Potter boeken in het engels gelezen.

Maar het Franse avontuur loopt ten einde. Justitie zag gelukkig in dat hij als basis een goed joch is en gaf hem deze kans. Hoe, wanneer en waar hij straks naar toe gaat is nog erg onduidelijk. Mede gezien zijn leeftijd en het strafblad wat hij heeft, wordt dit nog een hele kluif.

Ik gun hem die Franse plek in Nederland, want hij mist zijn familie, hij mist ons. Hij wil zo graag terug komen, geeft dat in elk telefoongesprek wel aan. Maar ik wil  zo graag dat hij blijft zoals hij nu weer geworden is.

Want hier heeft hij weer de verleidingen van drank, drugs en de verkeerde vrienden. Wordt hij weer zodanig op de proef gesteld. Voelt het voor hem weer als ‘overleven’. Al zal hij dat nooit toegeven.

Ik gun hem dat leven zonder prikkels, verleidingen en heftige ballast die hij al zolang bij zich draagt. Ik gun hem een leven als een God in Frankrijk, maar dan in Nederland.

slachtoffer

Van de week keek ik naar het programma dreamschool  De mentor in dat programma zei op een gegeven moment; “Voor zij slachtoffers gingen maken, waren zij zelf slachtoffer.” Een zin die mij bij blijft. We zien vaak jongvolwassenen, soms zelf nog kinderen in programma’s als dreamschool, vier handen op een buik, Buch Buiten de Bajes etc.

Mijn handen jeuken soms om met deze jongeren aan de slag te gaan als ik ze hoor praten. Vaak in een slachtofferrol. Al hun ellende wordt vaak veroorzaakt door een ander, het ligt nooit aan hun zelf. Maar achter al deze grote monden, stoer gedrag schuilt vaak een ernstig verleden, dat ze gevormd hebben tot diegene die ze nu zijn; stoer van buiten, maar zo kwetsbaar en beschadigd van binnen.

Wat zullen er in de huiskamers veel meningen gegeven worden over jongeren die deelnemen aan deze programma’s. “Nooit meer vrijlaten” “Eigen schuld” “Dat zal ik nooit doen.” Maar vaak zullen deze meningen gegeven worden in woonkamers waar veiligheid is, liefde, warmte.

Ik heb, sinds ik met pleegzorg in aanraking ben gekomen, ervaren dat niet elk kind dezelfde kansen krijgt in deze wereld. Als jij geboren wordt in een huis, waar geen veiligheid en liefde is, sta je er als kind alleen voor. Als jij de pech hebt dat je vader en/of moeder verslaafd zijn, sta je er als kind alleen voor.  Als er huiselijk geweld is, waar toevallig jouw wieg staat, sta je er als baby al alleen voor.

Ik ben zeker ook voor een aanpak, veel gedrag kan niet geaccepteerd worden in onze maatschappij. Je moet vooruit, je krijgt kansen, hulp aangeboden. Grijp die mogelijkheden. Ook voor jou is er een toekomst mogelijk. Daar blijf ik ook op hameren bij onze pleegzonen. Maar ik denk dat wij als maatschappij wel wat meer begrip kunnen tonen voor jongeren, mensen,  die het minder getroffen hebben. Minder oordelen. Aardig zijn voor elkaar. Begrip tonen. Het helpt. Écht!

 

mooiste hulpvorm

Naast mijn werk als order manager, ben ik ook werkzaam als auditor voor gezinshuis.com. Aangezien ik zelf gezinshuisouder ben geweest, ben ik blij om op deze wijze een kleine bijdrage te leveren aan, naar mijn mening, de mooiste hulpvorm voor veel kinderen.

Zo reed ik afgelopen woensdag naar Zeeland.  Wanneer ik aanbel bij een gezinshuis denk ik vaak in een flits aan mijn eigen gezinshuis periode. Weer een vreemde aan je eigen keukentafel. Elk gezinshuis is uniek en dat moet vooral ook zo blijven. Je moet wel een beetje ‘gek’ zijn om dit werk te kunnen doen. Dan heb je vrijheid nodig om het in grote lijnen op je eigen wijze te kunnen doen. Maar ik miste in mijn eigen gezinshuis wel een aantal richtlijnen/kaders. Daarom ben ik blij dat nu veel gezinshuizen bezig zijn met het keurmerk. Ik kom als auditor kijken of hun werkwijze zo transparant mogelijk is en de veiligheid van de geplaatste jongeren en hun netwerk gewaarborgd is. Daarnaast of de gezinshuisouders er alles aan doen om hun werk zo professioneel mogelijk uit te voeren.

Maar ik kom bovenal graag aan die keukentafel zitten om te luisteren naar al die bijzondere mensen die dit werk doen. Met zoveel liefde en passie zorgen zij voor velen kinderen die anders in een leefgroep hadden moeten opgroeien, terwijl ze eigenlijk prima in een gezin kunnen opgroeien. Maar helaas stond hun wieg in een huis bij een vader en een moeder die eigenlijk geen vader of moeder kunnen zijn voor hun. Trots laten ze vaak het gezinshuis zien. Vertellen ze trieste verhalen over ‘hun’ kinderen, maar zeker ook de mooie momenten die ze samen beleven. Dat kleine stapjes vooruit in de ontwikkeling van de kinderen voldoening geeft in het werk. Dat het soms ook best heftig is en bij veel gezinshuisouders de valkuil bestaat dat ze niet genoeg tijd nemen voor hun eigen vitaliteit. Ik weet uit eigen ervaring dat een vrij weekend op z’n tijd, een vakantieperiode zonder de kinderen heel belangrijk is, anders trek je het niet. Omdat werk en privé in deze baan altijd door elkaar heen lopen.

Zo genoot ik afgelopen woensdag van de passie en liefde waarmee de gezinshuisouders vertelden over de kinderen. Zag ik dat de kinderen het daar goed hadden. Dat ze weer kind kunnen en mogen zijn. Tevreden reed ik na de audit weer terug naar het Brabantse land. Dankbaar dat deze kinderen weer een thuis hebben. Schitterend!